
Laatst werd ik gewezen op het ‘Jaarbericht Staat van het MKB 2019’. Dit is een uitgave van het Nederlands Comité́ voor Ondernemerschap. Het comité́ bestaat uit de leden: Harold Goddijn, Hare Majesteit Koningin Máxima, Occo Roelofsen, Diederik Laman Trip, Meiny Prins en Barbara Baarsma. Een indrukwekkend gezelschap met een behoorlijke staat van dienst. Ik dacht, daar moet wel iets goed uit voortkomen. Jaarlijks verschijnt het rapport met, zoals in het voorwoord te lezen valt, ‘data, duiding en aanbevelingen voor daden’. Nieuwsgierig geworden door deze prachtige volzin heb ik het rapport gelezen. Ik moet zeggen een mooi rapport en ik wil iedereen aanbevelen om het te lezen en jezelf te spiegelen aan de bevindingen.
Het MKB is het fundament van de Nederlandse economie. Maar liefst 71% van de werkgelegenheid en 62% van de gerealiseerde toegevoegde waarde komt voor rekening van het MKB! Het MKB groeit op verschillende fronten: het aantal bedrijven groeit, de werkgelegenheid groeit, de toegevoegde waarde groeit en ook de arbeidsproductiviteit groeit. Goed om te horen dat het goed gaat maar zoals altijd komt er ook een maar. Er zijn namelijk ook factoren die een remmende invloed hebben op structurele groei van het MKB. Er wordt weinig geïnvesteerd door het MKB en het tekort aan personeel belemmert de groei. Het mooie van het rapport is dat het ook aanbevelingen geeft om te kunnen groeien. Op basis van onderzoek van de OESO is een model ontwikkeld waarin succesfactoren en ‘knoppen’ om aan te draaien zijn uitgewerkt. Voor succesvol ondernemerschap zijn een 9-tal ‘drivers’ opgenomen. Ik ga ze hier niet allemaal behandelen maar raad iedereen nogmaals aan het rapport te lezen. Aan een van de drivers wil ik nog wel iets toevoegen. En dat is de driver Ondernemerschap.
Als ondernemer ben je de spil van het bedrijf en ben je verantwoordelijk voor zowel de dagelijkse aansturing als het uitzetten voor de koers voor de lange termijn. Maar veel ondernemers hebben hun handen al vol aan de waan van de dag. 51% Van de ondernemers ligt soms wakker van stress (onderzoek REAAL). Het meest maken ondernemers zich zorgen over de balans tussen werk en privé, gevolgd door het niet kunnen vinden van personeel.
In het rapport wordt bij de driver Ondernemerschap ingegaan op managementpraktijken en cultuur. Maar er is in mijn ogen nog een element dat kan bijdragen aan groei. En dat is het persoonlijk functioneren van de ondernemer zelf. Inzichten vanuit de positieve psychologie kunnen hierbij helpen. Positieve psychologie gaat over de vraag hoe we het beste uit onszelf kunnen halen. Kernbegrip is welbevinden of met andere woorden goed in je vel zitten. Uit diverse onderzoeken blijkt dat het verhogen van welbevinden zorgt voor meer creativiteit, flexibiliteit, veerkracht, voldoening, minder stress en het zorgt uiteindelijk voor betere prestaties. Het verhogen van welbevinden is de motor van succes. Sterke ondernemers zorgen voor sterke ondernemingen!
Maar terug naar het rapport. Over de inhoudt niets dan lof maar het gaat er natuurlijk om wat er uiteindelijk mee gedaan wordt. Op 15 januari is het rapport besproken in de Commissie Economische Zaken en Klimaat van de Tweede Kamer. Deze commissie bestaat uit 25 leden en 25 plaatsvervangende leden. Leden zijn in dit geval leden van de Tweede Kamer, onze volksvertegenwoordigers.
Via ‘debat gemist’ is het mogelijk om debatten terug te kijken en afgelopen week lukte het me om er even voor te gaan zitten. Als je het ook wil zien kun je deze link gebruiken. Gezien het belang van het MKB (weet u het nog, 71% van de werkgelegenheid en 62% van alle toegevoegde waarde) voor de Nederlandse economie verwacht je een volle zaal. Maar wat schets mijn verbazing. Van alle 25 leden en 25 plaatsvervangende leden komen er slechts drie (ja je leest het goed) Kamerleden opdagen. En dan vraag je je af; telt het MKB eigenlijk wel mee? Namens het Comité waren Harold Goddijn en Barbara Baarsma aanwezig. Wat zich vervolgens ontvouwd is een soms ongemakkelijk gesprek waarin de kwaliteit van de opstellers van het rapport schril afsteekt tegen de kwaliteit van onze volksvertegenwoordigers. Barbara Baarsma moest keer op keer verwijzen naar de pagina’s in het rapport waar het antwoord op hun vragen te vinden is. En als dieptepunt het kamerlid Wybren van Haga van Groep van Haga die wel een vraag stelt maar vervolgens doodleuk meldt dat hij het antwoord niet kan afwachten omdat hij weg moet. Nee dit heeft het comité niet verdiend en doet het MKB ook geen goed.
Ik vrees dat er dus nog een factor is die de groei van het MKB belemmerd. En dat is ons parlement. Ik wil het Comité dan ook vragen om volgend jaar nog een rapport uit te brengen, ‘de Staat van het parlement’. Gezien de goede ervaringen met dit comité heb ik er alle vertrouwen in dat zij ook dan met een goede analyse en aanbevelingen zullen komen om het MKB verder te helpen.
Ik wens u Blijer Ondernemen!